Zeker maakt dat uit. Een vrij ideale antenne voor dit soort lage frequenties die behoorlijk goed werkt is een paraplu-antenne. Die werd vroeger vaak toegepast bij stations voor de verschillende navigatienetwerken (onder 20 kHz). Ook omroepstations op de langegolf hebben dit soort antennes vaak gebruikt. Een dergelijke antenne ziet er als volgt uit:PA3FQS schreef: ↑29 dec 2021, 22:48 Zo'n top capaciteit zie je wel meer voor MG.
Maar doet dat eigenlijk wel wat? Heeft iemand daar ooit metingen aan verricht?
T.o.v. de golflengte stelt het qua afmetingen toch niks voor?
Mijns insziens zou je beter de draad kunnen verlengen ,desnoods zijwaarts.
Maar misschien heb ik het wel helemaal mis....
De antenne die bijvoorbeeld op het Veronicaschip gebruikt werd, een T-antenne is een soort compromis van deze antenne. Bij een T-antenne zie je een aantal parallel gespannen draden tussen twee masten, met een draad naar beneden. De horizontale parallele draden vormen hier de topcapaciteit, en de verticale draad is de straler.
De gedachte achter de antenne is eenvoudig uitgelegd als volgt: in het onderste stuk is de stroom het grootst, en daarmee het magnetisch veld. Dat is wat je bij een antenne wilt. Het is geen goed idee om het stroomvoerende deel van de antenne in te korten, want dan is het deel dat de straling effectief levert kleiner en dus minder rendement. Het is helemaal een slecht idee om dit met een spoel in te korten omdat een spoel meer verlies introduceert dan een condensator.
Als je helemaal onderaan een grote spoel zet, en je frommelt dat weg in een behuizing, dan verfrommel je dus het stuk van de antenne dat de afstarling geeft die je eigenlijk wilt hebben.
De topcapaciteit doet in feite hetzelfde als wat een verlengspoel doet, en bovenaan waar de stroom laag is, kan dat niet zoveel kwaad als onderaan. En een capaciteit geeft zoals gezegd minder verlies dan een inductie.
Hiermee beperk je de verlliezen, en je houdt het deel van de antenne waar de stroom het hoogst is zo groot mogelijk. Dat is een belangrijke overweging die ook voor (relatief) nog kleinere antennes op frequenties op middengolf en lager geldt. De draad zijwaarts verlengen heeft minder invloed. Het gaat niet zozeer om de fysieke lengte, maar om de capaciteit die wordt toegevoegd. Dat is ook waardoor de paraplu-antenne goed werkt, door het als het ware terugvouwen van de topcapaciteit, neemt die capaciteit nog verder toe. Het effect van de lengte is zoals gezegd voor wat betreft de afstaling bovenaan veel minder groot bij een antenne als deze dan onderaan.
Paraplu-antenne:
https://en.wikipedia.org/wiki/Umbrella_antenna
T-antenne:
https://en.wikipedia.org/wiki/T-antenna
. Shushi-Wan Omega Transmitter (station H) van het Omega-navigatiesysteem, een verouderd wereldwijd navigatiesysteem, dat uitzond in de VLF-band op 10 - 14 kHz. De antenne, die zich bij Shushi-Wan op het eiland Tsushima bevond, was een paraplu-antenne bestaande uit een 389 meter hoge buisvormige stalen mast, geïsoleerd tegen de grond, met 14 draden die diagonaal van de top naar de grond liepen. Deze in 1973 gebouwde mast, die het hoogste bouwwerk in Japan was (en misschien wel de hoogste stalen buismast ooit gebouwd), werd in 1998 ontmanteld.
Foto: Copyright © National Land Image Information (Color Aerial Photographs), Ministry of Land, Infrastructure, Transport and Tourism