Veel HF ontvangers hebben een hoge eerste MF (40-70MHz), wat als voordeel heeft dat je het hele bereik van 0-30MHz kunt ontvangen zonder gaten en dat je geen bijzondere eisen aan je preselectie meer hoeft te stellen voor een goede spiegelonderdrukking. Om naar die hoge eerste MF te mixen heb je een variabele oscillator met een bereik van 30MHz nodig.
- In het begin had je de Wadley loop. Dat zat in de Racal RA17 en later in amateurontvangers als de Barlow Wadley XCR30 , de FRG7 etc. Ik weet hoe de Wadley loop werkt.
- Na 1980 had je volledig gesynthesizerde ontvangers, waarbij je geen handbediende VFO meer had en waarbij de afstemfrequentie volledig werd bepaald door een deeltal in een frequentiedeler in een PLL, dat via een microcontroller werd ingesteld. Synthesizers zijn complexe materie, maar ik weet ongeveer hoe zo'n ding werkt.
- Daartussenin had je nog ontvangers als de Kenwood R1000 en de Yaesu FRG7700, die een PLL synthesizer hadden (en geen Wadley loop). Toch hadden die een echte VFO (met een handbediende variabele condensator) om binnen een 1MHz band af te stemmen. Je kon er echt continu mee afstemmen, dus zonder stapjes. Dat is toch correct? Werd de PLL synthesizer in die ontvangers alleen gebruikt om veelvouden van 1MHz te maken en werd daar op de een of andere manier het signaal van de VFO bij gemixt om de tussenliggende frequenties te verkrijgen?
Hoe werkte dat ding (ongeveer)? In een volledig genynthesizerde ontvanger hoef je alleen maar een paar bytes in een RAM geheugen de stoppen en kan de microcontroller het later weer uit het RAM lezen en terug in het deeltal van de synthesizer stoppen, makkelijk zat. Maar hoe doe je dat nou als je alleen de MHz banden instelt via de synthesizer en de tussenliggende frequenties uit een VFO haalt? Ben best wel benieuwd hoe ze dat deden.
--
Lennart, PE1MYU